Wilde marjolein
Origanum vulgare
Lipbloemenfamilie (Lamiaceae)
Verwarring oplossen door mengsels
Wilde marjolein ofwel oregano (Origanum vulgare) is sterk verwant aan echte marjolein (Origanum majorana), ook wel bekend als majoraan. Beide zijn lid van de lipbloemenfamilie en horen tot het geslacht Origanum, waarvan de naam afkomstig is van het Griekse ‘oros’ (berg) en ‘ganos’ (vreugde). Voor veel mensen is het verschil tussen die kruidenplanten niet duidelijk, de smaken verschillen ook niet erg, al heeft oregano een wat sterkere smaak dan majoraan. De handel lost dat op door er een ‘Mediterraan of Provençaals kruidenmengsel’ van te maken, waar ook tijm bij gemengd wordt.
Wie op zoek gaat naar de verschillen, komt erachter dat de wilde marjolein bladeren op een steeltje heeft, terwijl de echte marjolein zittende blaadjes (bladeren zonder bladsteel) heeft die iets zoeter van smaak zijn.
Wilde marjolein wordt 40 tot 60 centimeter hoog en heeft rechtopstaande stengels. De bladeren staan tegenover elkaar en zijn eirond. De plant is zacht viltig behaard en onderaan de bladeren bevinden zich kliertjes. De kleine lipbloemen zijn rozerood. Doordat er paarsgekleurde schutbladeren onderaan de bloemen zitten, krijg je een opvallend gekleurd geheel van lichte en donkere tinten in de maanden juli tot september.
Dit geurende keukenkruid is een zonaanbidder en is te vinden in kalkrijke bermen of op leem- en kleigronden in Zeeland en Zuid-Limburg.
Thema's
Wilde marjolein of oregano speelt een belangrijke rol in de Mediterrane keuken en is een vast bestanddeel van ‘Herbes de Provence’. Oregano kan vers meegekookt worden, in tegenstelling tot majoraan.
Wilde marjolein bevat, net als tijm, thymol, dat een sterk anti-septische werking heeft. Ook zit er carvacrol in met dezelfde antiseptische eigenschappen. De Grieken en Romeinen gebruikten de plant al veelvuldig om zijn ontsmettende en pijnstillende werking. Als thee kan men het gebruiken om verkoudheden en hooikoorts te verlichten. Ook wordt het ingezet bij maag-, darm- en menstruatieklachten. In aromatherapie wordt de etherische olie die uit de plant gewonnen wordt, gebruikt tegen infecties en om spier- en zenuwpijnen mee te onderdrukken.
De Griekse godin Aphrodite zou marjolein geschapen hebben als symbool voor geluk en voorspoed. Slingers van oregano moesten bruidsparen daarvan verzekeren en op graven boden de planten rust aan de rondwarende geesten. De antiseptische werking werd vanaf de middeleeuwen uitgebuit door het toe te voegen aan bijenwas en het te gebruiken als strooikruid. Ook vanaf die tijd werd de geur van marjolein een topper in geurbuidels en is het nog steeds geliefd als bestanddeel van parfums en cosmetica.
Goede bijenplant.
Waardplant voor o.a. gewoon grasgeeltje, koperuil en de donkere prachtstipspanner.
Details
Omschrijving: | Overige kruidachtige planten, tot 60 cm hoge meerjarige plant. |
---|---|
Verspreiding: | Europa, gematigde delen van azië. |
Leefgebied: | Goeddoorlatende, matige droge tot droge bodems. |
Jaarcyclus: | Vaste planten, inclusief bomen en struiken |
Winterhardheid: | Tot -20 °c |
Bloeiperiode: | Juli - september |
Bloemkleur: | Paars, roze |
Notities bloemen: | Roze tot paarse bloemen met donker paarse kelkbladeren in schermen. |
Vruchtperiode: | September - november |
Vruchtkleur: | Bruin |
Notities vruchten: | Zaden in een splitvrucht. |
Op z'n mooist: | Juli - september |