Japanse notenboom
Ginkgo biloba
Ginkgofamilie (Ginkgoaceae)
Stinkende waaierbladen
Onmiskenbaar, met een in twee lobben gedeeld blad waarvan de nerven zich steeds fijner verdelen, als een waaiertje. Ginkgo is de laatst overgebleven soort van de Ginkgoales, waarvan in het Mesozoïcum (60 tot 250 miljoen jaar geleden) veel soorten op het noordelijk halfrond voorkwamen. De vruchten van de vrouwelijke boom verspreiden een onaangename geur, die lijkt op ranzige boter.
De Japanse notenboom komt uit China. Waarschijnlijk werd hij 800 jaar geleden met het boeddhisme naar Japan gebracht. Daar kweekten de monniken de boom bij de tempels. Het oudste exemplaar in Europa staat sinds 1730 in de tuin van het Utrechtse Universiteitsmuseum. Het extract van de bladeren wordt als medicijn gebruikt om de bloedcirculatie te verbeteren.
Lees meer »Aanwezig in:
Hortus Botanicus AmsterdamHortus Alkmaar
Historische Tuin Aalsmeer
Hortus botanicus Leiden
Botanische Tuinen Universiteit Utrecht
Landgoed Schovenhorst
Botanische Tuin Arboretum Oudenbosch
Botanische Tuin Kerkrade
Pinetum Blijdenstein
Hortus botanicus Haren / Groningen
Landgoed Twickel
Arboretum Poort Bulten
Botanische Tuin De Kruidhof
ARTIS
Thema's
Is een kroonjuweel in De Hortus - Amsterdam, Landgoed Twickel, Hortus botanicus Leiden, Pinetum Blijdenstein, Botanische Tuin Kerkrade en het Landgoed Schovenhorst.
Onderdeel van de decentrale Nederlandse Plantencollectie Gymnospermae (Naaktzadigen).
Het zaad kan gekookt of rauw (in kleine hoeveelheden) gegeten worden. Het smaakt zoet en heeft een zachte, olie-achtige textuur. Gebakken zaden smaken naar een kruising tussen een aardappel en een zoete kastanje.
De wigvormige bladeren zijn een bron van inspiratie voor oosterse kunst. Het is de lievelingsboom van Goethe, die in 1815 een sonnet over ginkgo schreef.
De bomen komen in het wild alleen voor in de buurt van tempels.
De bladen worden als medicijn gebruikt om de bloedcirculatie te bevorderen.
De Japanse notenboom behoort tot een zeer oude en primitieve groep planten, de ginkgoales. Deze groep ontstond al in het Trias (ca. 200 miljoen jaar geleden, ver voor het tijdperk van de dinosauriërs), lang voor het ontstaan van de moderne bloemplanten. Ginkgo staat bekend als ‘levend fossiel’, ‘overlevende’ en ‘drager van hoop’. Na de atoomaanval op de Japanse stad Hiroshima in 1945 werden er vier tot zes nog levende ginkgo’s gevonden op 1-2 km afstand van de inslag. De bomen hadden het bombardement niet alleen overleefd, maar bleven ook nieuwe knoppen maken, zonder misvormingen. In 1691 door de wetenschap in Japan ontdekt als aangeplante boom en rond 1730 in Europa geïntroduceerd.
Zaden en zacht omhulsel zijn licht giftig.
In China en in Japan beschouwt men deze boom als heilig en wordt hij al eeuwenlang rond tempels aangeplant.
De vruchten stinken, waardoor vrouwelijke exemplaren van de Ginkgo meestal niet worden aangeplant.
Oudheid kampioen.
Details
Omschrijving: | Naaldboom/conifeer, boom, gemiddeld 20 - 35 m, zelden tot 40 meter. tweehuizig. |
---|---|
Verspreiding: | China |
Leefgebied: | Komt verspreid voor in loofbossen tot op 1100 m hoogte. |
Jaarcyclus: | Bladverliezende vaste plant, bloeit meermalig |
Winterhardheid: | Tot -15 °c |
Bloeiperiode: | April - mei |
Bloemkleur: | Niet van toepassing |
Vruchtperiode: | September - oktober |
Vruchtkleur: | Geel, groen |
Op z'n mooist: | Mei - oktober |
Bronnen
D. Bensky & S. Clavey & E. Stöger: Materia medica,http://www.conifers.org/gi/Ginkgoaceae.php,
http://www.kew.org/science-conservation/plants-fungi/ginkgo-biloba,
http://conifersociety.org/conifers/conifer/ginkgo/