Cassave of Maniok
Manihot esculenta
Wolfsmelkfamilie (Euphorbiaceae)
Giftige knollen, maar toch eetbaar
Cassave stamt uit Brazilië en werd daar 10.000 jaar geleden voor het eerst verbouwd. Later is cassave door de Portugezen over alle tropische gebieden verspreid. Deze soort staat op nummer 14 van de meest verbouwde voedselgewassen ter wereld.
Zowel de wortelknollen als de bladeren zijn eetbaar, maar over het algemeen eet men alleen de knollen. In grote gebieden van Afrika behoren cassaveknollen tot het belangrijkste plantenvoedsel. Cassave bestaat voor 60% uit water, voor 38% uit koolhydraten en voor 1% uit eiwit (de bladeren zijn eiwitrijker). Het vetgehalte is verwaarloosbaar. Cassave is een goede bron van vitamine C. Er is helaas één minpunt: de gehele plant is zeer giftig!
De cellen bevatten namelijk linamarine, een secundaire plantenstof die bescherming biedt tegen vraat. Deze stof wordt door het enzym linamarase in de celwanden (dus bij beschadiging van de plant) omgezet in cyanohydrine. Wanneer die stof uiteenvalt, ontstaat het zeer giftige waterstofcyanide of blauwzuur (HCN). Om de knollen te kunnen consumeren zonder vergiftigd te worden, moeten ze daarom eerst uitgebreid gemalen, gespoeld, gekookt, gefermenteerd en/of gedroogd worden.
Cassave groeit van nature in savanne-achtige streken in Brazilië en kan erg goed tegen droogte. Ook arme grond is geen probleem en door zijn giftigheid wordt hij gemeden door sprinkhanen en andere insecten. Een ideaal voedselgewas dus, mits op de juiste manier bereid!
Thema's
Cassave was een hoofdvoedsel voor pre-Colombiaanse volkeren en werd vaak afgebeeld op hun kunstvoorwerpen. Het Mochevolk schilderde cassave vaak op hun keramiek.
De cassave geeft de op twee na hoogste opbrengst aan koolhydraten per hectare. Bovenaan staan suikerriet en suikerbiet. Cassave speelt een belangrijke rol in de landbouw van ontwikkelingslanden, vooral in Afrika bezuiden de Sahara, omdat het goed gedijt op arme gronden en maar weinig water nodig heeft. Bovendien is het een vaste plant die geoogst kan worden wanneer gewenst. Deze ‘oogstvrijheid’ zorgt ervoor dat cassave ook in tijden van hongersnood beschikbaar is. Het verschaft arme boeren flexibiliteit omdat het gewas zowel voorziet in levensonderhoud als in contant geld.
Cassave wordt veel geteeld vanwege zijn eetbare, zetmeelrijke knollen, die een belangrijke bron van koolhydraten zijn. De bladeren zijn daarentegen een goede bron van eiwit (rijk aan lysine), maar ze missen het aminozuur methionine en mogelijk ook tryptofaan. Van de knollen worden alcoholische dranken gemaakt .
Wilde populaties van Manihot esculenta subsp. flabellifoli, de voorouder van de gedomesticeerde cassave, zijn vooral te vinden in Centraal-Brazilië. Daar is de plant waarschijnlijk zo’n 8.000 jaar voor Chr. voor het eerst verbouwd. Het oudste, directe bewijs van cassave-cultivatie is afkomstig van een 1.400 jaar oude Maja-vindplaats, namelijk Joya de Cerén in El Salvador. Toen de Spanjaarden de Caribische eilanden veroverden, wilden ze in eerste instantie geen cassave of mais eten omdat ze deze gewassen als gevaarlijk en niet voedzaam beschouwden. Cassave werd in de 16de eeuw in Afrika geïntroduceerd door Portugese handelaren uit Brazilië. Zowel mais als cassave zijn nu belangrijke stapelgewassen, die inheemse Afrikaanse voedselgewassen hebben verdrongen. Cassave wordt soms omschreven als ‘het brood van de tropen’.
In veel landen is belangrijk onderzoek gestart om het gebruik van cassave als een ethanol-biobrandstofgrondstof te evalueren. Maniokknollen en hooi worden wereldwijd gebruikt als veevoer. Maniok wordt ook gebruikt in een aantal commerciële wasproducten, in het bijzonder als stijfsel voor overhemden en andere kledingstukken.
Cassave moet zorgvuldig bereid worden voor consumptie omdat er anders nog te veel cyanide in de wortels zit dat kan leiden tot acute vergiftiging, kropgezwellen, spierstoornissen, gedeeltelijke verlamming en zelfs tot de dood. Korte onderdompeling (vier uur) van cassave werkt niet, maar lange onderdompeling (zo’n 18 tot 24 uur) kan de helft van de hoeveelheid cyanide verwijderen. Drogen is ook niet altijd afdoende. In tijden van hongersnood of voedselonzekerheid grijpt men op sommige plaatsen terug op de giftigere variëteiten van cassave als noodvoorziening. Boeren prefereren vaak de bittere variëteiten omdat die niet aantrekkelijk zijn voor grote dieren, insecten en dieven.
Details
Omschrijving: | Struik, tot 3 m. |
---|---|
Verspreiding: | Oorsprong tropisch amerika (noord-braziliё), nu overal in de tropen. |
Leefgebied: | Gecultiveerd of op afvalplaatsen van voornamelijk verlaten tuinen en langs wegen. hoogte: zeeniveau tot 1700 m. |
Jaarcyclus: | Vaste planten, inclusief bomen en struiken |
Winterhardheid: | Tropische kas |
Bloeiperiode: | November - augustus |
Bloemkleur: | Groen, rood |
Notities bloemen: | Losse bloei, 3-5 bloemen in bundels; bloemsteeltjes lichtgroen tot rood. |
Vruchtperiode: | November - augustus |
Vruchtkleur: | Groen |
Notities vruchten: | Vrucht groen, maar ook wel lichtgeel, wit of donkerbruin, tamelijk glad, met zes overlangse vleugels. |
Op z'n mooist: | November - augustus |