Dille
Anethum graveolens
Schermbloemenfamilie (Apiaceae)
Een gladiatorenplant
Dille is afkomstig uit Zuidwest-Azië en heeft zich vooral in Zuid-Europa in het wild verspreid en plant zich daar ook voort. Dille is een eenjarige plant uit de schermbloemenfamilie. Graveolens betekent welriekend. De bloemen zijn geel en zijn vanaf juni tot september zichtbaar. Daarna worden de dopvruchtige (niet openspringend, één zaad per vrucht) zaden gevormd. Zowel het blad, knoppen als bloem worden gebruikt als keukenkruid en hebben een heel verfijnde smaak.
De stengel is blauwachtig en ruikt bij aanraking naar venkel of anijs. De zaden bevatten veel olie, waardoor ze lang kiemkrachtig zijn. Dille wordt al in de bijbel genoemd en ook Dodoens beschrijft eind 1.500 al de werking.
De zaden bevatten vette olie, hars, vluchtige olie en stikstof bevattende bestanddelen. De Romeinse gladiatoren gebruikten de olie als een smeersel om hun ledematen te versterken en spierpijnen tegen te gaan.
Thema's
dille is rijk aan vitamine C. Verder bevat dille een aantal vitamines uit het B (1,2,3,5, 6) complex. Niet alleen heeft dille een gezonde en rijke voedingswaarde qua vitamines maar ook is dille een bron van mineralen, onder andere calcium, ijzer en mangaan. Dillezaadjes bevatten carvon waardoor ze een licht ontsmettende werking hebben.
vlinders zorgen voor de bestuiving.
bijen zorgen voor de bestuiving.
de hele plant geeft een venkelachtige geur.
wordt ondermeer gebruikt in zuurkool en gemarineerde spijzen. Dille wordt ook gebruikt bij de inmaak van augurken.
Dodoens verhaalt, dat alleen al de geur van de zaden de hik doet ophouden.