Karwij
Carum carvi
Schermbloemenfamilie (Apiaceae)
Licht gebogen en geurig
De ‘zaadjes’ van deze fijngebouwde en eetbare schermbloemige hebben een kruidige geur, afkomstig van stoffen als carvon en limoneen. In Nederland wordt karwijzaad ook gekweekt, veel bij Oldambt, en geëxporteerd. Karwij (of kummel) wordt verward met komijn, vanwege de naam en de overeenkomst in smaak en uiterlijk. Karwijzaad is licht gebogen, terwijl komijnzaden recht zijn.
De plant is wijd verbreid in West-Azië, Europa en Noord-Afrika. In ons land plaatselijk vrij algemeen in graslanden van het rivierengebied en zuidelijk in de delta; elders zeldzaam en merendeels verwilderd. Karwij gedijt op vochtige, kalkhoudende, redelijk voedselrijke en zandige kleigrond. In weilanden en op dijken. Karwij is niet opgewassen tegen verruiging door te weinig maaien of teveel meststoffen.
Lees meer »Thema's
Is een kroonjuweel in Botanische Tuin De Kruidhof.
Karwijzaadolie zit in worst, vleesproducten, ingeblikte voedingswaren, parfum, mondwater, gorgeldranken en niet te vergeten in kummellikeur. Karwijzaad wordt wel gebruikt in kaas, koekjes, roggebrood en in zuurkoolgerechten.
In de kruidengeneeskunst wordt karwijzaad aanbevolen bij winderigheid en krampen.
Carvi en ook de naam ‘karwij’ komen mogelijk van het Arabische kerawi of kerawia, waarmee verschillende schermbloemigen met een aromatisch geurende vrucht worden aangeduid.
Details
Omschrijving: | Overige kruidachtige planten, 0.30-0.60 m. |
---|---|
Streeknaam: | Fries: karwei |
Verspreiding: | Europa en siberië |
Leefgebied: | Grasland (bemest grasland, weiland, uiterwaarden en bergweiden), bermen, dijken en andere door mensen verstoorde plaatsen zoals bouwterreinen. |
Jaarcyclus: | Bloeit eenmalig, tweejarige en kortlevende vaste planten |
Winterhardheid: | Kouder dan -20 °c |
Bloeiperiode: | Mei - juni |
Bloemkleur: | Wit |
Vruchtperiode: | Juli - augustus |
Op z'n mooist: | Mei - juni |