Aziatische moerasaronskelk of Witte moerasaronskelk
Lysichiton camtschatcensis
Aronskelkfamilie (Araceae)
Stinken in het moeras
De witte moerasaronskelk (Lysichiton camtschatcensis) en de gele moerasaronskelk (Lysichiton americanus) zijn echte moerasplanten. De ‘witte’ komt uit Azië en de ‘gele’ uit Noord-Amerika. Daar heet de plant ‘skunk cabbage’ oftewel stinkdierkool vanwege de koolachtige bladeren en de onaangename (teer)lucht.
Het opvallendst aan moerasaronskelken zijn de grote bloeiwijzen in het vroege voorjaar en de enorme bladeren die zich ontwikkelen na de bloei. De bloeiwijzen (de ene soort met een wit schutblad en de andere met een geel) verspreiden een vieze geur om de bestuivers, aasvliegen en kevers, te lokken.
De gele moerasaronskelk dreigt in verschillende delen van Europa een vervelend onkruid te worden en mag daarom niet meer verhandeld worden.
Thema's
Is een kroonjuweel in de Botanische Tuinen Utrecht.
Details
Omschrijving: | Overige kruidachtige planten, met bladeren tot 1 m hoog. |
---|---|
Verspreiding: | Noordoosten van azië |
Leefgebied: | Moerassen, natte bossen, langs meren en stromen. |
Jaarcyclus: | Vaste planten, inclusief bomen en struiken |
Winterhardheid: | Kouder dan -20 °c |
Bloeiperiode: | Maart - april |
Bloemkleur: | Wit |
Notities bloemen: | Bloemen in een bloeikolf (spadix), tweeslachtig, omgeven door een wit schutblad (spatha). bloemen verspreiden soms een vieze lucht, maar niet altijd. |
Vruchtperiode: | Juni - juli |
Vruchtkleur: | Groen, grijs, rood, kersenrood, bruin |
Notities vruchten: | Groene bessen met daarin 2 tot 4 grijsbruine tot roodbruine zaden. |
Op z'n mooist: | April - mei |