Cecropia obtusa
Cecropia obtusa
Brandnetelfamilie (Urticaceae)
Leunen op eigen risico
Cecropia’s zijn snelgroeiende bomen uit Zuid- en Midden-Amerika die hun kans grijpen wanneer in het regenwoud een open plek ontstaat, bijvoorbeeld door brand of houtkap. Cecropia obtusa bereikt al gauw een hoogte van 20 m. De stammen en bladstengels van Cecropia obtusa en vele andere Cecropia-soorten zijn hol en scheiden vet- en koolhydraathoudende mierenhapjes uit via gespecialiseerde klieren. De mieren zijn maar al te graag bereid om in ruil voor dit lekkers de bomen te beschermen tegen iedereen die het waagt hem aan te raken. Ze maken bovendien hun nesten in de holle stammen van de cecropia’s. Het wordt dan ook ten zeerste afgeraden om in Zuid-Amerika tegen een Cecropia te leunen of er even steun te zoeken! De mieren tolereren zelfs opdringerige lianen niet: die bijten ze stuk.
Thema's
Is een kroonjuweel in de Botanische Tuinen Utrecht.
Van de zaailingen kan een compres worden gemaakt om huidparasieten zoals vliegenlarven te verwijderen. De geraspte bast wordt ook in kompressen gebruikt, om de genezing van botbreuken te bevorderen, bloeduitstortingen op te nemen en tegen korstvorming op een helende wond. Een aftreksel van de geel geworden bladeren wordt gebruikt als een diureticum. Een aftreksel van de gedroogde bladeren wordt gedronken tegen rugpijn en om het bloed te zuiveren. Met een aftreksel van de groene bladeren desinfecteert men soms de schaamstreek van een vrouw vóór een bevalling. Bij de huidaandoening vitiligo worden de met zout gemalen bladeren over de pigmentloze vlekken op de huid gewreven - de vlekken zouden dan binnen drie dagen moeten verdwijnen.
In de holle takken en bladstelen van Cecropia soorten leven vaak stekende mieren. De bomen trekken de mieren aan door het produceren van een honingachtig sap. De mieren beschermen de boom tegen bladeters (meestal insecten - maar het kan ook de mens zijn!)
Details
| Omschrijving: | Boom, tot 20 m. |
|---|---|
| Verspreiding: | Zuid-amerika: brazilië, bolivia, peru, de guyana's |
| Leefgebied: | Regenwoud, op open plekken in primair bos en in secundair bos. |
| Jaarcyclus: | Wintergroene vaste plant, bloeit meermalig |
| Bloemkleur: | Groen |
| Notities bloemen: | Bloeiwijze bestaand uit een aantal groene aartjes, in paren gerangschikt. |