Rode bosbes of Vossenbes
Vaccinium vitis-idaea
Heifamilie (Ericaceae)
Het minder bekende broertje
Het geslacht Vaccinium kent veel soorten met eetbare bessen: o.a. bitter-zure veenbes (cranberry), en de sappige blauwe bosbes. De rode bosbes is minder bekend en minder algemeen. De smaakvolle rode besjes zijn eetbaar, maar erg zuur en daarom niet zo populair in Nederland. In Scandinavië wordt de bes niettemin gebruikt bij warme wildgerechten, waar de smaak tot zijn recht komt.
De kleine struikjes groeien hier en daar op zure grond in bossen, heiden en hoogveen. Vaak groeit de rode bosbes samen met familielid struikhei en heeft kleine bloempjes, die wit tot zachtroze van kleur zijn. De rode bosbes kan temperaturen tot -22 °C verdragen en komt overal op het noordelijk halfrond voor. De stevige, donkergroene blaadjes zijn winterhard. Een enkele keer wordt rode bosbes daarom verward met de, eveneens noordelijke, heidesoort beredruif (Arctostaphylos uva-ursi).
Thema's
Is een kroonjuweel in de Hortus Nijmegen.
De vruchtheeft een lekkere smaak - rauw of gekookt. De bessen hebben een zure smaak en worden gebruikt als veenbessen in conserven. Veel mensen hebben ze liever dan veenbessen. Ze smaken beter na vorst. Van de bladeren wordt wel thee gemaakt.
De bladeren zijn antiseptisch, samentrekkend, diuretisch, verkoelend. Ze worden vroeg in de zomer geplukt en gedroogd voor later gebruik. De rijpe vruchten worden vers gegeten of gedroogd als remedie voor diarree en voor de behandeling van keelpijn, hoest en verkoudheid. Het sap kan dienen als gorgeldrankje tegen keelpijn.
Uit de bladeren en stengels is een gele kleurstof te halen en uit de vrucht een paarse.
Het is niet verstandig om de thee vaak te drinken, omdat het blad de gifstof arbutin bevat.
Details
Omschrijving: | Struik, tot 40 cm. |
---|---|
Verspreiding: | In koude en koelgematigde streken op het noordelijk halfrond. in het zuiden voornamelijk in gebergten. |
Leefgebied: | Heide, zeeduinen, waterkanten, moerassen, bossen, bosranden en struwelen (o.a. jeneverbessen). |
Jaarcyclus: | Wintergroene vaste plant, bloeit meermalig |
Winterhardheid: | Tot -15 °c |
Bloeiperiode: | Mei - oktober |
Bloemkleur: | Wit, roze, rood |
Notities bloemen: | De bloemkelk is roodachtig met driehoekige, spitse slippen. de kroon is klokvormig, rozewit. |
Vruchtperiode: | Juni - oktober |
Vruchtkleur: | Rood, wit |
Notities vruchten: | De rode of heel soms witte bessen zijn bolvormig, 0.5-1 cm. |
Op z'n mooist: | Mei - oktober |